zondag 10 januari 2016

In 2015 werden door de dierenpolitie via meldnummer 144 meer dan 36.000 inspecties uitgevoerd



Urgente meldingen van dierenverwaarlozing of -mishandeling worden behandeld door onze inspecteurs van de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID). Bij het bestrijden van dierenleed werkt de LID nauw samen met de dierenpolitie, het ministerie van Economische Zaken en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl). Meldingen die bij het landelijk meldnummer 144 binnenkomen, worden in eerste instantie uitgezet naar de dierenpolitie. Als deze een overtreding constateert, volgt een proces-verbaal en strafrechtelijke vervolging.

Bestuursrecht

Indien het welzijn van de dieren kan worden verbeterd, komen onze inspecteurs in actie. Zij kunnen een eigenaar (op basis van bestuursrecht) dwingen om bijvoorbeeld de huisvesting te verbeteren of naar een dierenarts te gaan. Ook kan, in overleg met RVO.nl en het ministerie van Economische Zaken, worden besloten om een dier bij de eigenaar weg te halen.


 


36.000 inspecties



Sinds de komst van het centrale meldnummer 144 en de dierenpolitie in 2011 is het aantal meldingen toegenomen. In 2015 zijn er ruim 30% meer inspecties uitgevoerd dan vorig jaar in dezelfde tijd. In 2014 werd het welzijn van meer dan 30.000 dieren gecontroleerd door de LID en indien nodig verbeterd. Onze 15 inspecteurs kregen in 2015 versterking van drie inspecteurs die gedetacheerd zijn door de dierenpolitie. Dankzij onder andere geld van de vorige campagne uit 2014 konden deze inspecteurs opgeleid worden en worden voorzien van de noodzakelijke uitrusting. Hoewel de druk op onze inspecteurs groot is, vinden wij dat onnodig lijden van dieren altijd moet worden opgelost of voorkomen.

Medewerkers preventie

Onze inspecteurs krijgen hulp van zo'n 150 preventiemedewerkers. Zij komen in actie als het welzijn van dieren kan worden verbeterd, maar er nog geen sprake is van wettelijke overtredingen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten