Die André toch, eindelijk wakker geschud. De aarde gaat naar de kl.... Moet je daar nu een ruimtereis voor gemaakt hebben om te ontdekken dat we met zijn allen zo niet door kunnen gaan? Ontbossing, door de palmolie industrie, foute houtkap, de productie van mais bestemd voor de vee-industrie ... en nog veel meer ellende. Ik hoef de lucht niet in om te weten dat het anders moet. Gewoon gezond verstand en om je heen kijken.
Wereldwijd worden er elk jaar zo'n 70 miljard landbouwdieren verbruikt voor hun vlees, eieren en melk. Naar schatting leven ongeveer 50 miljard van hen in de vee-industrie. Ze zitten in krappe, kale kooien of hokken, zien zelden daglicht en pijnlijke verminkingen zijn aan de orde van de dag. Maar niet alleen de dieren zijn de dupe. De vee-industrie is ook schadelijk voor de aarde en het welzijn van de mensen. De vee-industrie heeft geen toekomst. Het is tijd voor een fris en nieuw plan. Het is tijd voor een andere aanpak.
Foto: www.ciwf.nl
Wereldwijd worden er elk jaar zo'n 70 miljard landbouwdieren verbruikt voor hun vlees, eieren en melk. Naar schatting leven ongeveer 50 miljard van hen in de vee-industrie. Ze zitten in krappe, kale kooien of hokken, zien zelden daglicht en pijnlijke verminkingen zijn aan de orde van de dag. Maar niet alleen de dieren zijn de dupe. De vee-industrie is ook schadelijk voor de aarde en het welzijn van de mensen. De vee-industrie heeft geen toekomst. Het is tijd voor een fris en nieuw plan. Het is tijd voor een andere aanpak.
Foto: www.ciwf.nl
Er is een oplossing
Compassion in World Farming www.ciwf.nl is ambitieus en internationaal. We willen een wereldwijde voedsel- en landbouwrevolutie in gang zetten. We ontmaskeren en onderzoeken de ware kosten van de vee-industrie en geloven in betere landbouw. Landbouw die ons allemaal toegang geeft tot gezond en betaalbaar voedsel, die eerlijker, veiliger en groener is:
http://www.ciwf.nl/aarde-mens De oplossing
Beeld: Anaïs López www.oneworld.nl
Zijn reizen naar de ruimte veranderden voorgoed zijn kijk op de aarde. Sindsdien maakt André Kuipers van het promoten van duurzame innovatie zijn missie. Hij kan niet anders. Maar het levert hem ook veel frustratie op. "Ik kan niet meer ophouden me zorgen te maken."
interview – Een afspraak maken met André Kuipers is niet gemakkelijk. Zijn assistente verzucht ‘ook niet te begrijpen waarom die dagen helemaal vol moeten’ en vindt voor OneWorld een gaatje van drie kwartier. Tijdens ons gesprek bij Vork en Mes, een restaurant dat als een ufo uit een meer bij Hoofddorp lijkt te rijzen en waar de kok rustig aanmoddert in zijn moestuin, blijkt dat Andrés dagen vol zitten met mensen overtuigen. Voor het zogenoemde Techniekpact enthousiasmeert hij jongeren en scholieren voor een technische studie. Maar waar André echt vol van is, is mensen ervan doordringen dat de manier waarop wij ons leven leiden, de aarde in rap tempo vernietigt. De man met een hybride auto en een serieus schuldgevoel over het vlees dat hij af en toe nog eet, praat bevlogen en lijkt fris bekeerd tot het natuurevangelie. In zijn verhalen over wat er allemaal misgaat met natuur en toekomst, is hij niet bang om Oegandese ouders, de Nederlandse consument, het bedrijfsleven en Al Qaida allemaal tegelijk een ‘oerdomme houding’ te verwijten en hen allemaal even verantwoordelijk te houden voor de toekomst van deze planeet.
Wubbo Ockels was een groot najager van duurzame innovatie, en ook u strijdt voor een betere omgang met de natuur. Is dat een gevolg van de blijk op aarde die je als ruimtereiziger krijgt?
“Absoluut. Opvallend veel collega’s zijn zich na hun ruimtereizen gaan inzetten voor het beschermen van de aarde. Mijn Braziliaanse collega Marcos Pontes probeert het regenwoud in zijn land te beschermen, mijn Russische collega Sergei Krikaljov zet zich ook in voor het WNF in Rusland.”
“Die eerste blik op de aarde was overweldigend. Zo’n prachtig wonder. Totdat je de gitzwarte leegte in kijkt en dat majestueuze ding opeens in elkaar schrompelt tot een kwetsbaar bolletje. Met een heel dun fluorescerend membraantjes eromheen. Als een levende cel die elk moment kapot kan knappen. En daar zit je dan, in dat dreigende heelal. Je ziet je huis drijven, een kleine oase. Op die kleine oase zie je vervolgens een hele hoop zout water, woestijnen, bergen en besef je: als wij daar met zijn allen op willen blijven wonen, dan kunnen we zo niet doorgaan. Je beseft dat je eigen planeet ook een soort ruimteschip is, met een beperkte voorraad.”
Astronauten kunnen dingen in perspectief plaatsen, vindt u?
“Zodra je in de ruimte bent, voel je dat je niet op een plat vlak woont. We vlogen over India en ik dacht: het krioelt daar van de mensen die denken dat het land dat voor hen ligt oneindig is. En zoals wij hier nu zitten, lijkt dat ook zo: land zo ver als het oog reikt, de lucht houdt niet op. Vanuit ons ruimtestation bedacht ik: ik moet straks mensen vertellen hoe klein die wereld echt is. Wij vlogen echt zó om de aarde heen.”
U bent echt geschrokken.
“Ik heb gezien hoe steden vanuit de ruimte lijken op diepe littekens in de aarde. Ik zag aangevreten oerwouden door ontbossing, erosie, droge rivieren. En ik zag de enorme hoeveelheid lichtjes op de wereld en de vervuiling daarvan in Nederland. Terug op aarde ging ik rondkijken: waar komt al die vernietiging vandaan?”
Dat deed u onder andere tijdens uw reizen voor het tv-programma André op Aarde.
“Daar zag ik inderdaad die menselijke onwetendheid die hoort bij de roofbouw die we plegen. Boeren die oerwoud platbranden in de veronderstelling volgend jaar een stukje verderop hetzelfde te doen. Maar ik heb gezien dat er geen ‘stukjes verderop’ meer zijn. Ik was op de vismarkt in Jakarta, daar liggen gewoon babytonijntjes. Dan moet je er niet gek van opkijken dat je volgend jaar geen volwassen tonijnen meer vindt in de zee. Maar wij westerlingen maken net zo goed deel uit van dit systeem, wij kopen die vis ook.”
Wat kan ruimtevaart voor ons betekenen?
“De aardobservatiesatellieten zijn een wakend oog uit de ruimte. Satellieten zijn er al voor het weerbericht. Maar we kunnen er ook ijsdikte, de ozonlaag en bijvoorbeeld luchtvervuiling mee meten. Dat zie je allemaal niet als je je gewone leven leidt. Jij ziet niet dat Nederland hartstikke vervuild is met stikstofdioxide. Het European Space Agency (ESA) heeft net de eerste van een familie satellieten gelanceerd, die heel exact koolmonoxide, methaan, fijn stof en stikstofdioxide meet, op stukken van 7 bij 7 kilometer – zeg maar wijkniveau. Ook op het gebied van landbouw maken we grote stappen: we kunnen inmiddels de gezondheid van gewassen bekijken vanuit de ruimte, en droogte en overstromingen voorspellen. Dat kan vanwege de klimaatveranderingen heel handig zijn voor boeren.”
U heeft een groot geloof in de techniek.
“Als je iets lichter, beter, duurzamer wilt maken, heb je de techniek nodig. Zo heeft de ruimtevaart ons zonne-energie gegeven. Ik maak mij zorgen over het tempo waarin de bevolking groeit, er komen wereldwijd tweehonderdduizend mensen per dag bij. Als iedereen zou leven als een Nederlander, hadden we drie-en-een-halve aardbol nodig. Als iedereen zou leven als een Amerikaan, was het al viereneenhalf. Dat ligt grotendeels aan wat we eten, vooral al het vlees. Ik geloof in voedseltechnologie: kweekvlees en kweekvis, en het gebruik van algen in plaats van vis om omega-3 uit te halen.”
En onze problemen het heelal inschieten misschien?
“Natuurlijk, de mensheid zal zich door het zonnestelsel verspreiden. Dat is een evolutionair proces. Een soort die zich beperkt tot één plek, houdt het niet vol. De panda is er alleen nog maar omdat wij dat willen. Dieren die overal kunnen overleven, ratten, kakkerlakken, de mens, hebben een betere kans. Wij zijn gemaakt voor een omgeving van 25 graden Celsius, waar we op eigen kracht vijf kilometer per uur kunnen afleggen. We hadden dus beter in de bossen van Afrika kunnen blijven. En toch hebben we met onze hersenen woestijnen, hooggebergten en poolkappen bedwongen. Nu gaan we de ruimte ook veroveren en verspreiden we ons verder. Mars is nu nog niet prettig om te wonen. Maar over honderd jaar is daar een mensenkolonie.”
Is dat geen oplossing voor al die mensen op aarde?
Wubbo Ockels was een groot najager van duurzame innovatie, en ook u strijdt voor een betere omgang met de natuur. Is dat een gevolg van de blijk op aarde die je als ruimtereiziger krijgt?
“Absoluut. Opvallend veel collega’s zijn zich na hun ruimtereizen gaan inzetten voor het beschermen van de aarde. Mijn Braziliaanse collega Marcos Pontes probeert het regenwoud in zijn land te beschermen, mijn Russische collega Sergei Krikaljov zet zich ook in voor het WNF in Rusland.”
André Kuipers (Amsterdam, 1958) was na Wubbo Ockels de tweede Nederlander die de ruimte in ging. De eerste keer was in 2004 met Missie DELTA , een elfdaagse ruimtemissie naar het internationale ruimtestation ISS . Zijn tweede missie, in 2011, duurde in totaal 193 dagen. Kuipers studeerde medische wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam en werd daarna keuringsarts bij de Koninklijke Luchtmacht. Kuipers is getrouwd en heeft drie dochters en één zoon.
Hoe is dat bij u gegaan? “Die eerste blik op de aarde was overweldigend. Zo’n prachtig wonder. Totdat je de gitzwarte leegte in kijkt en dat majestueuze ding opeens in elkaar schrompelt tot een kwetsbaar bolletje. Met een heel dun fluorescerend membraantjes eromheen. Als een levende cel die elk moment kapot kan knappen. En daar zit je dan, in dat dreigende heelal. Je ziet je huis drijven, een kleine oase. Op die kleine oase zie je vervolgens een hele hoop zout water, woestijnen, bergen en besef je: als wij daar met zijn allen op willen blijven wonen, dan kunnen we zo niet doorgaan. Je beseft dat je eigen planeet ook een soort ruimteschip is, met een beperkte voorraad.”
Astronauten kunnen dingen in perspectief plaatsen, vindt u?
“Zodra je in de ruimte bent, voel je dat je niet op een plat vlak woont. We vlogen over India en ik dacht: het krioelt daar van de mensen die denken dat het land dat voor hen ligt oneindig is. En zoals wij hier nu zitten, lijkt dat ook zo: land zo ver als het oog reikt, de lucht houdt niet op. Vanuit ons ruimtestation bedacht ik: ik moet straks mensen vertellen hoe klein die wereld echt is. Wij vlogen echt zó om de aarde heen.”
U bent echt geschrokken.
“Ik heb gezien hoe steden vanuit de ruimte lijken op diepe littekens in de aarde. Ik zag aangevreten oerwouden door ontbossing, erosie, droge rivieren. En ik zag de enorme hoeveelheid lichtjes op de wereld en de vervuiling daarvan in Nederland. Terug op aarde ging ik rondkijken: waar komt al die vernietiging vandaan?”
Dat deed u onder andere tijdens uw reizen voor het tv-programma André op Aarde.
“Daar zag ik inderdaad die menselijke onwetendheid die hoort bij de roofbouw die we plegen. Boeren die oerwoud platbranden in de veronderstelling volgend jaar een stukje verderop hetzelfde te doen. Maar ik heb gezien dat er geen ‘stukjes verderop’ meer zijn. Ik was op de vismarkt in Jakarta, daar liggen gewoon babytonijntjes. Dan moet je er niet gek van opkijken dat je volgend jaar geen volwassen tonijnen meer vindt in de zee. Maar wij westerlingen maken net zo goed deel uit van dit systeem, wij kopen die vis ook.”
Wat kan ruimtevaart voor ons betekenen?
“De aardobservatiesatellieten zijn een wakend oog uit de ruimte. Satellieten zijn er al voor het weerbericht. Maar we kunnen er ook ijsdikte, de ozonlaag en bijvoorbeeld luchtvervuiling mee meten. Dat zie je allemaal niet als je je gewone leven leidt. Jij ziet niet dat Nederland hartstikke vervuild is met stikstofdioxide. Het European Space Agency (ESA) heeft net de eerste van een familie satellieten gelanceerd, die heel exact koolmonoxide, methaan, fijn stof en stikstofdioxide meet, op stukken van 7 bij 7 kilometer – zeg maar wijkniveau. Ook op het gebied van landbouw maken we grote stappen: we kunnen inmiddels de gezondheid van gewassen bekijken vanuit de ruimte, en droogte en overstromingen voorspellen. Dat kan vanwege de klimaatveranderingen heel handig zijn voor boeren.”
U heeft een groot geloof in de techniek.
“Als je iets lichter, beter, duurzamer wilt maken, heb je de techniek nodig. Zo heeft de ruimtevaart ons zonne-energie gegeven. Ik maak mij zorgen over het tempo waarin de bevolking groeit, er komen wereldwijd tweehonderdduizend mensen per dag bij. Als iedereen zou leven als een Nederlander, hadden we drie-en-een-halve aardbol nodig. Als iedereen zou leven als een Amerikaan, was het al viereneenhalf. Dat ligt grotendeels aan wat we eten, vooral al het vlees. Ik geloof in voedseltechnologie: kweekvlees en kweekvis, en het gebruik van algen in plaats van vis om omega-3 uit te halen.”
En onze problemen het heelal inschieten misschien?
“Natuurlijk, de mensheid zal zich door het zonnestelsel verspreiden. Dat is een evolutionair proces. Een soort die zich beperkt tot één plek, houdt het niet vol. De panda is er alleen nog maar omdat wij dat willen. Dieren die overal kunnen overleven, ratten, kakkerlakken, de mens, hebben een betere kans. Wij zijn gemaakt voor een omgeving van 25 graden Celsius, waar we op eigen kracht vijf kilometer per uur kunnen afleggen. We hadden dus beter in de bossen van Afrika kunnen blijven. En toch hebben we met onze hersenen woestijnen, hooggebergten en poolkappen bedwongen. Nu gaan we de ruimte ook veroveren en verspreiden we ons verder. Mars is nu nog niet prettig om te wonen. Maar over honderd jaar is daar een mensenkolonie.”
Onze eigen planeet is een soort ruimteschip
Is dat geen oplossing voor al die mensen op aarde?
“Dat is een vraag die ik vaker, hoopvol, gesteld krijg. Maar dat is natuurlijk geen oplossing voor de overbevolking. We zouden dan per dag al die tweehonderdduizend nieuwe mensen moeten lanceren. Om de wereldbevolking niet te laten groeien, geldt de regel: één kind per baarmoeder. In Uganda kwam ik een man tegen met zestig kinderen, dat gaf hem aanzien. Op deze manier schiet dat bevolkingsaantal voorlopig nog wel even door.”
Als astronaut heeft u vast meer grip op de oneindigheid van dit heelal. Zet dat uw zorgen niet in perspectief?
“We kunnen er rustig vanuit gaan dat er meer aardachtige planeten zijn. Voor de duur van het heelal maakt ons bestaan natuurlijk helemaal niets uit. Het heelal kan prima zonder aarde, en de aarde kan mensen nog veel beter missen. Het feit dat wij hier zitten, komt doordat wij overlevingsdrang hebben. Wij hebben doodsangst en we hebben de drang om kindertjes te krijgen.”
Wordt uw strijd ook ingegeven door die overlevingsdrang?
“We zijn juist in het licht van die overlevingsdrang dom bezig. We gedragen ons als een plaag en consumeren tot alles op is. Genieten, eten, comfortabel leven – als we dat willen blijven doen, moeten we zorgen dat de aarde hersteltijd heeft. We gedragen ons als de bewoners van Paaseiland, die alle bomen kapten tot ze niets meer over hadden en hun beschaving instortte. Wij lijken ook door te gaan tot aan een massale ineenstorting. Nu ik begonnen ben goed om mij heen te kijken, kan ik niet meer ophouden me zorgen te maken over wat ik zie. Dat vind ik het meest frustrerende. Als je iets koopt, weet je niet wat daarvoor kapotgemaakt is. Ik heb het gevoel altijd besodemieterd te worden.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten