Zeer schadelijke landbouwgiffen, die in Europa zelfs verboden zijn, worden nog steeds in Nederland geproduceerd en geëxporteerd naar landen buiten de EU. De Partij voor de Dieren vindt dit onbestaanbaar en heeft daarom schriftelijke vragen gesteld aan de ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Dat we bepaalde stoffen, waarvan vaststaat dat ze dieren, het milieu of onze gezondheid schaden, nog wel exporteren naar landen waar de wetgeving minder streng is, valt niet uit te leggen,” zegt PvdD-Kamerlid Leonie Vestering. “Waarom mag ons gif dáár de natuur wel kapot maken?”
Uit onderzoek is gebleken dat er in 2018 ruim achtduizend ton landbouwgif dat in de EU verboden is, vanuit Nederland naar derde landen is geëxporteerd.[1] PvdD-Kamerlid Christine Teunissen concludeert dat hier een dubbele standaard geldt: “Als we gif verbieden omdat het bewezen kankerverwekkend of hormoon verstorend is, omdat het zeer giftig is voor dieren, of omdat het leidt tot ernstige watervervuiling, dan zou dat niet alleen hier moeten gelden, maar wereldwijd. We kunnen andere landen dergelijke regels niet opleggen, maar we kunnen wel stoppen met de export van dat gif.”
Tevens benadrukt Vestering dat resten van verboden landbouwgif op deze manier alsnog op onze borden terecht kunnen komen. Wanneer de middelen naar Zuid-Afrika of Brazilië worden geëxporteerd en wij vervolgens het groente en fruit dat met dat gif is bespoten importeren, dan worden we alsnog blootgesteld aan residuen van die zeer schadelijke stoffen. Vestering en Teunissen pleiten er daarom tevens voor dat alle residulimieten voor verboden landbouwgiffen op nul worden gesteld. “Alleen zo kunnen we voorkomen dat consumenten dat gif via geïmporteerd voedsel alsnog binnenkrijgen,” aldus Vestering.
[1] Greenpeace, 2020: https://unearthed.greenpeace.org/2020/09/10/banned-pesticides-eu-export-poor-countries/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten